Ook deze zomer gaan we massaal op vakantie. Veel Nederlanders reizen hierbij met de auto naar hun vakantiebestemming. Er zijn mensen die onderverzekerd vertrekken, maar er zijn ook automobilisten die dubbel verzekerd zijn. En dat is zonde. In dit artikel leggen we uit waarom je de autoverzekering niet altijd hoeft uit te breiden als je op vakantie gaat, en wanneer dit wel verstandig is.

Wat is dubbel verzekerd?

Dubbel verzekerd wil zeggen dat je voor dezelfde (nood)situatie verzekerd bent met twee verschillende verzekeringen. Behalve dat dit onnodig duur is, kan het ook extra werk opleveren. Je kunt contact op moeten nemen met beide verzekeraars. De verzekeraar die jij als eerst benadert over de schade, moet de schadekosten vergoeden. Wel mag deze verzekeraar jou vragen of je nog ergens anders verzekerd bent ook. Is dat het geval, dan kan de verzekeraar een deel van de lasten bij de andere verzekeraar leggen.

WA-verzekering en (volledig) casco verzekering

Iedere auto moet minimaal WA verzekerd zijn. Dit is de goedkoopste autoverzekering. Deze dekt in alleen de schade die je veroorzaakt bij een ander. Meestal kies je voor deze dekking als de premie voor een uitgebreidere dekking niet meer in verhouding staat tot de dagwaarde van je auto. Dit geldt normaliter voor auto’s ouder dan tien jaar. Afhankelijk van de waarde auto, kun je ook een casco-verzekering nemen. Dan wordt ook bepaalde schade aan de eigen auto gedekt. Dat is het geval met een WA + beperkt casco. Ga je voor een allrisk (oftewel volledig casco), dan krijg je ook schade vergoed die je zelf veroorzaakt aan de eigen auto.

Pechhulp soms al gedekt

Veel mensen nemen boven op basisverzekering ook nog een aanvullende dekking voor het buitenland. Dit is niet altijd nodig. Veel Nederlanders zijn namelijk ook al verzekerd voor pechhulp in het buitenland via een andere dienstverlener. Vaak zijn mensen lid van de ANWB (inclusief pechhulp service) en hebben ze ook een (doorlopende) reisverzekering die pechhulp in het buitenland vergoedt. Bij de meeste reisverzekeringen kun je ook een ongevallendekking meenemen. Het is raadzaam om alle verzekeringen vooraf te controleren en eventueel een verzekering op te zeggen die je helemaal niet nodig hebt. Zo voorkom je oververzekering. Dit geld kun je namelijk beter besteden aan een drankje op het terras of de vakantie zelf.

Geen pechhulp

Heb je geen pechhulpverzekering? Dan is het verstandig om deze verzekering nog wel af te sluiten voordat je op reis gaat. Vaak kun je een autoverzekering tussentijds uitbreiden. Ook kun je controleren of er geen goedkopere opties zijn, door online de autoverzekering naast andere verzekeringen te houden. Ga je op reis zonder een pechhulpverzekering en kom je met schade te staan? Dan kun je tegenover heel hoge kosten komen te staan. Je kunt wel een pechhulpdienst bellen, maar de service zal minder zijn en de kosten hoger. Deze kosten zijn vaak een stuk hoger dan de kosten die je voor de premie betaalt. Het afsluiten van een pechhulpverzekering is dan verstandig. Vooral als je rijdt in de zomervakanties en tijdens een zwarte zaterdag. Het is dan een stuk drukker op de wegen, waardoor de kans op ongevallen toeneemt.

Groene kaart

Neem op reis de groene kaart mee op. Dit is een internationaal verzekeringsbewijs. Op de kaart kun je terugvinden in welke landen jouw verzekering geldig is. Daarnaast vind je op de groene kaart handige telefoonnummers en alle belangrijke verzekeringsgegevens die je nodig hebt als je in het buitenland schade rijdt.